De regen tikt tegen het raam om het mij extra in te wrijven,
de vakantie is voorbij.
Er is geen tijd meer voor ijsjes, duikjes, dutjes en zon.
We zijn weer terug.
Mijn plichten hebben lang genoeg
voor een gesloten deur gestaan
en vinden nu allemaal dat ze
als eerste aandacht verdienen.
Onderhoud is inmiddels achterstallig geworden.
Moedig vecht ik me door de puinhoop.
Zielig op mijn halflege koffer
zitten mijn goede voornemens.
Ik heb ze meegenomen uit het relaxte vakantieoord
met de bedoeling ze hier een plekje te geven
in mijn leven.
Maar ik was het echte leven vergeten.